woensdag 1 april 2015

Heilige Vrede

Kreta, 25 maart 2016
Het Griekse eiland Kreta heeft meer dan 3000 grotten, waarvan er een – vlak bij Agia Galini (Heilige Vrede) aan de zuidkust – wordt bewoond door Franciscus, bijgenaamd ‘De Kluizenaar’. Ze kennen hem niet echt, maar iedereen in het pittoreske, tegen de berg op klimmende, witte stadje weet dat het om een Nederlander gaat, die al meer dan tien jaar vecht tegen de ziekte van Parkinson. Franciscus arriveerde op Goede Vrijdag, 3 april 2015, om drie uur in de middag, Een zonderlinge verschijning: voorovergebogen, traag, monotoon pratend en bevend. Een hippie verdwaald in het yuppentijdperk. Lange, nakrullende, grijze haren, strakke, zwarte leren jas, gouden ketting om de hals, spijkerbroek, afgetrapte bruine laarzen. Hij leefde kennelijk van wat de natuur hem verschafte. Wat dat betreft zit je goed op Kreta. Vrijwel alle grotten bieden onderdak aan een karakteristieke, soms moeilijk waarneembare flora en fauna, zoals de dwergooruil, zes soorten vleermuizen, vliegende honden, champignons en tal van vruchten. Voordat iemand kennis met hem had kunnen maken, kwam de Nederlander op tragische wijze om het leven. Hij werd door de pijl van een jager gedood, omdat deze hem voor een geit had aangezien. De kluizenaar lag languit op een grafsteen, in het dichte struikgewas. De verweerde letters op de steen waren onleesbaar, in tegenstelling tot het getal 1750, dat haarscherp afstak tegen de marmeren ondergrond. De grot van de kluizenaar was nauwelijks gemeubileerd. Zijn enige bezittingen waren een handboek Tai Chi voor Parkinson patiënten, met oefeningen om de motoriek te verbeteren en stijfheid te bestrijden, een oude gitaar en twee afleveringen van een cursus flamencodansen voor huisvrouwen. 

Toen de plaatselijke heelmeester de details van de onbedoelde moordaanslag vernam, kon hij zijn ongeduld nauwelijks bedwingen. Hij moest en zou naar de plaats des onheils gaan. Een sterk voorgevoel suggereerde dat hier de oplossing te vinden was voor de ziekte van Parkinson en andere hersenziekten. En zo gebeurde het dat de heelmeester uit Agia Galini op deze Goede Vrijdag van het jaar 2016 na Christus in z’n oude Deux Cheveaux de weg naar Matala insloeg om het spoor van de heremiet te volgen. Een kwartier later kroop de heelmeester op handen en voeten door het struikgewas, op zoek naar … naar wat eigenlijk? Ineens zag hij wat glinsteren, in het schijnsel van zijn mobiele telefoon. Hij strekte zich om erbij te kunnen, maar gleed weg op een grote steen. Vallend greep hij naar de glinstering in de struiken. Op het moment dat hij de glinstering raakte, schoot er een enorme stroomstoot door zijn lichaam. De heelmeester duizelde in de rondte en voelde zich aangetrokken door een helder licht, dat steeds lichter werd. Een zachte stem bracht hem bij zijn positieven. ‘Je hebt me gevonden. Ik heb me ingeprent, dat iemand de gouden ketting zou vinden.



Welkom in het jaar 1750! Je zult je wel afvragen hoe dit in godsnaam mogelijk is. Dat weet ik ook niet. Ik vermoed dat het waar is wat sommige wetenschappers beweren: dat er niet één heelal is, maar dat er een heleboel zijn. Elk met zijn eigen wetten en frequentie. Toen ik voor het eerst de grot betrad, die mij was aangeraden door een Duitse flamencozanger, die de akoestiek daar zo goed vond, ontdekte ik onder een hoop los zand de gouden munt uit 1750 die jij gelukkig in je hand klemt. Ik liet hem op het moment van de betovering schieten. Het is de sleutel voor een mogelijke terugtocht. We bevinden ons in een ander heelal, met een andere frequentie dan het heelal waarin onze aarde ligt. Beide heelallen lopen parallel. De verbinding werd gelegd door de steen en de munt.
Van streek, maar helder denkend, vraagt de heelmeester wat er met de symptomen van de ziekte van Parkinson gebeurd is. 'Je was er erg aan toe'.
'Ja, ik kom hier om het leven terug te vinden van voor Parkinson. Ik heb intensief gemediteerd en heb me daarop geconcentreerd. Ik beschouw de hersenen niet als een vaste, onveranderlijke grijze massa, maar als een vloeibare netwerk. Als de omstandigheden of iemands geestesgesteldheid daarom vragen, richten de hersenen hun huishouding anders in. Mensen met een hersen infarct kunnen na zeven jaar weer boven Jan zijn. Dan hebben werkloze oudere of nieuwe hersencellen het werk van hun vernietigde soortgenoten overgenomen.
'Neuroplasticiteit,' fluistert de heelmeester.
‘Precies! Bij de ziekte van Parkinson kan dat in theorie ook. In de praktijk passen de hersenen hun structuur wel aan, maar te langzaam. Het herstelproces wordt ingehaald door de progressiviteit van de ziekte. Herinneringen, gevoelens en gedachten kunnen het proces gunstig beïnvloeden. Daar heb ik mij erg mee bezig gehouden. Met mijn verbeelding heb ik waarschijnlijk echter iets heel anders losgemaakt dan ik bedoelde. Door stom toeval heb ik een pad door ruimte en tijd gebaand.
'Nou,…. Toeval? Volgens de stoïcijnen bestaat toeval niet. Wat wij toeval noemen, dat is bij hen het niet kennen van de oorzaken.'
'Alweer raak! Maar trek niet te snel conclusies. Het blijkt allemaal heel anders verlopen te zijn dan ik had ingecalculeerd.'
'Ons verstand is gewoon te beperkt om alles te kunnen vatten. Wat je hebt meegemaakt, is een wonder.'
'Daar lijkt het op. Hoe dan ook, het voordeel is dat de ziekte van Parkinson in die andere dimensie niet telt. Toen ik terug in de tijd flitste, raakte ik meteen ook de ziekte kwijt. En die is niet terug gekomen. Waarom niet? Ik zou het niet weten. Voor mezelf leg ik de nadruk op het onbegrijpelijke en daardoor ongrijpbare van de krachten die op ons inspelen. Noem het God of voorzienigheid. Noem het Heilige Vrede. Agia Galini, zoals jullie zeggen. ’ Op dat moment lijkt de grond onder hun voeten te worden weggetrokken. De Aarde beeft.

P.S. Een artikel in Nature uit 1983 veronderstelt na enig rekenwerk dat de kruisiging van Jezus Christus op 3 april van het jaar 33 rond 15 uur is voltrokken.


















Geen opmerkingen:

Een reactie posten